Afrikaanse leiders op bezoek in Kiev op 16 juni 2023. In het midden Ramaphosa en Zelensky.

Afrikaanse leiders op bezoek in Kiev op 16 juni 2023. In het midden Ramaphosa en Zelensky.

Sinds bekend werd dat Zuid-Afrika de Russische invasie in Oekraïne niet wilde veroordelen en in december 2022 samen met Rusland en China meedeed met maritieme vlootoefeningen nabij Richardsbaai werd Zuid-Afrika diplomatiek ‘bewerkt’ door Europese en Amerikaanse regeringsleiders. Zij memoreerden dat zij in het verleden zich hadden ingespannen om een einde te maken aan de apartheid. De Zuid-Afrikaanse regering wierp tegen dat de Westerse landen toen halfslachtig waren, omdat zij tijdens de Koude oorlog het apartheidsbewind nodig hadden om de Sovjet-Unie te weerstaan. Deze halfslachtigheid kwam duidelijk naar voren toen de Duitse minister van Buitenlandse Zaken, Annalena Baerbock, eind juni Zuid-Afrika bezocht, en in haar toespraak stelde:

Maar ik wil ook heel eerlijk zijn: de West-Duitse regeringen hebben de anti-apartheidsstrijd veel te lang niet gesteund.

Het was een excuus. Echter, als je met excuses begint, sta je al een nul achter in het verdere overleg. Het was dan ook niet verrassend dat Baerbock de Zuid-Afrikaanse regering niet tot andere gedachten heeft kunnen brengen inzake de Russische invasie in Oekraïne.

Echter, wat Zweden betreft, ligt het anders. Die behoeft zich niet te verontschuldigen. Zo heeft de SGTRS het initiatief genomen tot het opstellen van de onderstaande brief aan de president van Zweden. De SGTRS is lid van de Europese organisatie het Platform of European Memory and Conscience (Platform van Europese Herinnering en Geweten). Het is een organisatie waar 72 instellingen, stichtingen, musea, archieven en andere organisaties uit Europa bij aangesloten zijn. Wij hebben het Platform gevraagd deze brief te versturen. Deze brief werd onlangs verstuurd. Hier de Nederlandse versie van de brief:

 

Logo van het Platform of European Memory and Conscience

 

 

 

Praag, 15 januari 2024

Aan: Zijne Excellentie Ulf Kristersson, Minister-President van Zweden

Geachte Minister-President,

Oekraïne is het slachtoffer geworden van een niet-uitgelokte Russische invasie, die heeft geleid tot een voortdurende oorlog. President Volodymyr Zelensky heeft uitzonderlijke communicatieve vaardigheden getoond door niet alleen uit te leggen waar Oekraïne voor staat, namelijk de strijd tegen de Russische bezetting, maar ook door anderen ervan te overtuigen Oekraïne te steunen.

Helaas is hij er niet in geslaagd de steun van Afrikaanse regeringsleiders te verwerven. In juni van dit jaar bezocht een Afrikaanse vredesmissie van zes regeringsleiders zowel Zelensky als Poetin. Het is merkwaardig dat de leider van de vredesmissie, de Zuid-Afrikaanse president Cyril Ramaphosa, verklaarde neutraal te zijn terwijl hij de banden met Rusland verder aanhaalt. Toch blijft Zelensky Ramaphosa’s deelname aan dit vredesinitiatief positief waarderen. Zo tweette hij op 17 oktober naar aanleiding van een telefoongesprek met Ramaphosa:

Tijdens ons lange en vruchtbare gesprek merkten @CyrilRamaphosa en ik op dat de betrekkingen tussen Oekraïne en Zuid-Afrika zich op alle niveaus blijven opbouwen. Ik verwelkom de deelname van Zuid-Afrika aan de gesprekken over de Vredesformule en bedank president Ramaphosa voor zijn bevestiging van verdere betrokkenheid bij de volgende rondes.

We zijn ervan overtuigd dat het voor Zelensky een te grote uitdaging zal zijn om Ramaphosa op andere gedachten te brengen, gezien zijn bezorgdheid over Rusland. We geloven dat Zweden hierbij kan helpen.

Wij geloven dat Zweden hierbij kan helpen.

Binnen de Zuid-Afrikaanse regering neemt het Afrikaans Nationaal Congres (ANC) een prominente positie in. Het ANC beweert dat het tijdens de strijd tegen de apartheid steun heeft gekregen van Rusland (voorheen de Sovjet-Unie). Deze steun bestond uit wapens, publicaties/flyers en training in de Sovjet-Unie en verschillende Midden- en Oost-Europese landen, met name de Duitse Democratische Republiek (DDR). Het ANC beweert dat het geen Westers ‘advies’ hoeft op te volgen omdat Westerse landen het ANC tijdens de apartheid minimale of geen steun gaven.

Westerse landen geven dit ook toe. Dit werd onlangs nog eens duidelijk toen de Duitse minister van Buitenlandse Zaken Analena Baerbock eind juni Zuid-Afrika bezocht en in haar toespraak verklaarde: West-Duitse regeringen hebben veel te lang nagelaten de antiapartheidsstrijd te steunen.’ Zo hebben deze landen zich tijdens de Koude Oorlog tegen de Sovjet-Unie afgezet en profiteerden van het anticommunistische apartheidsregime in Zuid-Afrika, ondanks hun anti-apartheidsinitiatieven zoals sancties.

Zweden vormt echter een uitzondering. Het land handhaafde echte neutraliteit en was bijvoorbeeld geen lid van de NAVO. Daarom was Zweden misschien wel het eerste westerse land dat het ANC financieel steunde. Zweden nam in dit opzicht een unieke positie in en droeg in totaal ongeveer 400 miljoen US-dollar bij aan het ANC, een aanzienlijk bedrag dat de financiële steun van de Sovjet-Unie overtrof.

Twee jaar na de moord op Olof Palme (1986) hield ANC-voorzitter Oliver Tambo een toespraak waarin hij het Zweedse volk prees en over de Zweedse solidariteit sprak met de volgende woorden:

de niet aflatende betrokkenheid van de Zweedse en andere volkeren bij de strijd voor de bevrijding van zuidelijk Afrika, de vestiging van een rechtvaardige en duurzame vrede in deze regio, en de ontwikkeling ervan als een welvarende zone van vrije en gelijke naties. De duurzaamheid van deze erfenis van solidariteit en het fundamentele belang ervan op lange termijn ligt in het feit dat het een integraal onderdeel is van de politieke vorming van het Zweedse volk. Zonder solidariteit is de definitie van een Zweeds nationaal bewustzijn onvolledig.

Als blijk van waardering voor de actieve houding van Zweden tegen de apartheid in Zuid-Afrika bracht Nelson Mandela in 1990 een bezoek aan het land, waarbij hij zijn dank uitsprak voor de politieke en financiële steun. Interessant genoeg bezocht Mandela Moskou pas negen jaar later, in april 1999.

Door de langdurige betrokkenheid van Zweden bij het Afrikaans Nationaal Congres (ANC) neemt het land een gunstige positie in wat betreft de betrekkingen met de Zuid-Afrikaanse regering. Dit maakt Zweden de ideale partij om de boodschap over te brengen dat het besluit van de Zuid-Afrikaanse regering om de Russische invasie in Oekraïne niet te veroordelen en de samenwerking met Rusland te handhaven, zoals via de maritieme vlootoefening, misplaatst is. Met privileges en invloed komt de verantwoordelijkheid om dienovereenkomstig te handelen. In deze context onderstrepen de sterke band van Zweden met het ANC en zijn historische inspanningen tegen apartheid de verantwoordelijkheid van Zweden om in gesprek te gaan met de Zuid-Afrikaanse regering en advies te geven in deze kwestie.

Het besluit van Zweden om lid te worden van de NAVO betekent een erkenning van het feit dat niet alle conflicten uitsluitend via onderhandelingen kunnen worden opgelost. Dit perspectief kan dienen als een belangrijke boodschap van Zweden aan de Zuid-Afrikaanse regering. De door het ANC geleide regering van Cyril Ramaphosa zou een gesprek met de Zweedse regering uiterst serieus moeten nemen vanwege de historische steun van Zweden aan het ANC en zijn unieke positie.

We doen een beroep op de bevolking van Zweden om een dialoog aan te gaan met de regering van Zuid-Afrika en benadrukken de noodzaak van een beleidsverandering ten opzichte van Rusland. Het is essentieel om duidelijk te maken dat de Zuid-Afrikaanse regering de inval van Rusland in Oekraïne moet veroordelen en de ernst van de gevolgen moet erkennen.

Met alle respect,

Marek Mutor

Voorzitter van het Platform van Europese Herinnering en Geweten

Hier de originele brief aan de Minister President van Zweden