Wallenstein Paleis Praag. In dit paleis vond de conferentie ‘Het Europese Geweten en Communisme’ plaats.

De internationale conferentie ‘Het Europese Geweten en het Communisme’ werd gehouden in Praag in het Wallensteinpaleis op 2 en 3 juni 2008. Deze conferentie werd afgesloten met de ‘Verklaring van Praag’, ook wel het ‘Manifest van Praag’ genoemd. De conferentie was georganiseerd door de Senaatscommissie voor Onderwijs, Wetenschap, Cultuur, Mensenrechten en Petities, onder beschermheerschap van de plaatsvervangend Minister-president van de Tsjechische Republiek, Alexandr Vondra. Alexander Vondra was tijdens de Koude Oorlog dissident en ondertekenaar van de mensenrechtenbeweging Charta 77.

Prominente ondertekenaars van deze Verklaring van Praag waren o.a. Václav Havel, Joachim Gauck, Göran Lindblad en Vytautas Landsbergis. Schriftelijke steunverklaringen werden ontvangen van de Franse president Nicolas Sarkozy, alsmede van Lady Margaret Thatcher en de Amerikaanse veiligheidsadviseur Zbigniew Brzezinski.

Deze Verklaring van Praag is de aanzet geweest voor de resolutie ‘Het Europese Geweten en het Totalitarisme‘ die door het Europees Parlement met grote meerderheid is aangenomen op 2 april 2009. Ook is deze resolutie aanleiding geweest tot het oprichten in 2011 van het Platform Europese Geschiedenis en Geweten. Hieraan voorafgaand is de SGTRS in 2009 opgericht.  Daarnaast heeft de Verklaring van Praag geleid tot het oprichten van ‘nationale herdenkingsinstellingen’. Bijvoorbeeld in Tsjechië is het ‘Instituut ter Bestudering van Totalitaire Regimes’ in 2008 opgericht.

 

Václav Havel heeft de conferentie met de volgende toespraak geopend:

Dames en heren, geachte aanwezigen,
Om te beginnen heet ik u van harte welkom op deze conferentie in Praag.

Waarom ik deze conferentie belangrijk vindt? In mijn leven heb ik vaak nagedacht over de identiteit van het individu, de gemeenschap, de natie en de staat. Wat is die identiteit en waaruit is deze ontstaan? Altijd heb ik me gerealiseerd dat identiteit niet kan bestaan zonder continuïteit en dat we – als we onszelf willen zijn, en herkenbaar en identificeerbaar – vandaag verantwoording afleggen over wat we gisteren hebben gedaan en hier verantwoordelijkheid nemen voor wat we elders hebben gedaan. En mochten we die persoonlijke verantwoordelijkheid niet kunnen dragen, dan dienen we er in ieder geval kennis van te hebben. Daarom ben ik van mening dat het oprichten van nationale herdenkingsinstituten in verschillende Europese landen een goed en belangrijk proces is. Dit zijn instituten die ons herinneren aan de twee totalitaire systemen die hun oorsprong in Europa hadden en die zich uiteindelijk over de hele wereld hebben verspreid. Europa is eenvoudig gezegd verantwoordelijk voor het ontstaan van het marxisme en het nazisme, en voor het exporteren van het communisme van Genève naar Rusland met de trein. Deze instituten moeten u daaraan herinneren, u daar in alle rust en kalmte bewust van maken en u aanzetten tot het bestuderen daarvan.

De twee totalitaire regimes zijn in veel opzichten vergelijkbaar. Hannah Arendt heeft hier ooit een mooi en diepzinnig boek over geschreven en er zijn drie interessante boeken geschreven die de moderne geschiedenis van Rusland analyseren. Dit is een boek over Alexander Litvinenko, ‘Russisch Dagboek’ van Anna Politkovskaja en het boek ‘Rusland vol Kruisen’ van Alexandr Jakovlev. Ze bevatten feiten over het Stalinistische tijdperk en wat daarna volgde. Ze bevatten ook waarschuwingen voor de huidige situatie in Rusland. Voor iedereen die hier zich een beetje in heeft verdiept, zijn de overeenkomsten tussen de twee regimes duidelijk: vergelijkbare methoden om de bevolking te manipuleren, de creatie van gewapende gardes buiten het leger om, uitbreiding van de geheime politie, toezicht op de bevolking, perverse justitie, executies, censuur. In dit kader wil ik twee mensen noemen die ik goed heb gekend en van wie de vader is geëxecuteerd door de nazi’s en de zoon door de communisten. Ik heb het over de familie Wahl. Ik zag dat een jonger lid van deze familie, een ornitholoog, aan deze conferentie deelneemt als exposant. Beiden waren vrijdenkende mensen en patriotten, en beiden moesten sterven.

Maar er zijn ook verschillen tussen deze twee regimes. Als eerste zie ik fundamentele genreverschillen van de ideologie waarop ze waren gebaseerd. De nazi-ideologie kwam voort uit obscure theorieën en ideologieën uit loyale en ontwikkelde kringen die weerstand of minachting creëerden. Het communisme was echter gebaseerd op een geloofwaardige ideologie. Het ging serieuzer te werk en vertrouwde op wetenschappelijke grondslagen in de vorm van de analyses van Marx en Engels. De grote voorkeur van intellectuelen voor links en het communisme – velen hebben lang nodig gehad om bij zinnen te komen – en de laag met Europese cafécommunisten (zoals die werden genoemd), dit alles was mogelijk omdat het communisme niet zomaar een obscure ideologie was. Des te erger waren de gevolgen. Het communistische regime was – met miljoenen doden tot gevolg – waarschijnlijk erger dan het nazisme.

In het karakter van het totalitarisme zie ik nog een verschil. Onder het nazisme waren de verschillen tussen degenen die succes en macht hadden en degenen die werden gemanipuleerd, onderdrukt, gewurgd en verkracht terwijl ze probeerden te overleven, veel duidelijker. Omdat er sprake was van duidelijk afgebakende grenzen tussen de SS, de Gestapo, de macht, de partijbeambten en de bevolking, wist iedereen min of meer of en wanneer je samenwerkte met het kwaad. Bij het communisme lag dat anders, het was subtieler en meer doordrongen in de ziel van elke persoon. Iedereen was tegelijkertijd een beetje slachtoffer en een beetje mede-schepper. Natuurlijk had de secretaris-generaal van de communistische partij meer verantwoordelijkheid dan de fabrieksarbeider, maar het principe van medeverantwoordelijkheid was altijd van toepassing. De hele samenleving was hiervan doordrongen en iedereen had zijn aandeel.

Ondanks deze verschillen waren de twee systemen in wezen vergelijkbaar en leken zelfs verrassend veel op elkaar. Bovenal waren beide crimineel.

Monument ter nagedachtenis van de slachtoffers van totalitaire regimes. Dit monument bevindt zich in Praag.

De geschiedenis van de naties heeft een onbegrijpelijke kant. Het IJzeren Gordijn is bijna twintig jaar geleden gevallen en een hele generatie is opgegroeid zonder communisme. Toch kun je waarnemen dat die generatie hier en daar de neiging heeft om de fouten van vorige generaties te herhalen. De grenzen tussen het westen en het oosten zijn niet zo scherp meer als vroeger. Jonge mensen hier in het oosten lijken op jonge mensen in het westen, inclusief hun illusies en fouten. Jongeren meten zich met het establishment. Dat is een heilzaam ethos en het zou vreemd zijn als dit niet zo was. Maar het zou niet automatisch het verlies moeten betekenen van het vermogen om geïnteresseerd te zijn in vroeger, om dat over het hoofd te zien en te bespotten, of om fouten uit het verleden te herhalen. Zelf kom ik uit de jaren zestig en destijds volgde ik met grote aandacht en belangstelling het enthousiasme van jongeren dat grote spanningen creëerde in Amerika, Frankrijk en Tsjecho-Slowakije. Ik was groot voorstander van het toenmalige ethos, maar tegelijkertijd geneerde ik me voor bepaalde gedachten, het pacifisme bijvoorbeeld, en van deze eerste en zeer gevaarlijke stap in de richting van een beleid van verzoening. Wij die het Verdrag van München hebben meegemaakt, weten heel goed waar dit beleid toe leidt. Degenen die zich terugtrekken in het kwaad, die compromissen sluiten met het kwaad, zetten de poort open voor misdaden die vele malen ernstiger zijn.

Iedereen die een totalitair systeem heeft meegemaakt en dat op zijn eigen manier heeft ervaren, is verplicht om zijn ervaringen te verwoorden en door te geven aan wie het geluk hebben gehad om dat niet te hebben meegemaakt. Ik weet niet zeker of we ons goed genoeg kwijten van deze taak en ik weet ook niet zeker of deze al helemaal is voltooid. Er kunnen ervaringen zijn die niet duidelijk uitgesproken of overgedragen kunnen worden aan anderen, maar om de geschiedenis en andere fouten niet te herhalen, moet de belangrijkste les of het verslag daarvan, goed worden geformuleerd.

Daarom is de huidige taak van de Europese Unie energieker te bouwen aan de kant van de verdedigers van de vrijheid, de oppositie bij te staan en dissidentengroepen en mensenrechtenactivisten te steunen die de democratie willen verstevigen, van Cuba en Wit-Rusland tot Birma. Deze steun, deze elementaire sympathie, mag niet worden beperkt door praktische, politieke of economische belangen. Deze beschaving die gegroeid is op Europese bodem, heeft het zijn huidige vorm gegeven, met al het goede en slechte, inclusief de ambigue consequenties van de globalisering. Datzelfde Europa heeft de wereld ook bovengenoemde criminele regimes gegeven. Een gezamenlijk Europa, niet een verdeeld Europa. Daarom heeft Europa, naar mijn mening, ook een speciale en extra grote verantwoordelijkheid voor de menselijke vrijheid.

Dank u voor uw aandacht.

Transcriptie van het gesproken woord, geredigeerd.

Update december 2018
Václav Havel pleitte in zijn toespraak voor het ‘creëren van nationale herdenkingsinstituten’. Kort na de conferentie is in Praag het Instituut ter Bestudering van Totalitaire Regimes (USTR) opgericht. Helaas is dit Instituut het slachtoffer geworden van allerlei politieke machinaties. Dus is er van de oproep van Havel minder terecht gekomen dan hij wenste. Zie Platform en USTR.